Uw kunstgebit is met alle zorg en aandacht speciaal voor u gemaakt, maar het blijft een vervanging van uw natuurlijke tanden en kiezen. Tijdens de indraagperiode kunnen zich problemen voordoen, zoals:
Pijnlijk tandvlees
Het tandvlees van uw kaak is teer, daardoor kan een nieuw kunstgebit in het begin irriteren. Deze pijnklachten verdwijnen meestal niet vanzelf, maar uw behandelaar kan de pijn verhelpen door kleine correcties aan het kunstgebit aan te brengen. Echter, voordat u met pijnklachten terugkomt, moet u uw kunstgebit wel enige tijd gedragen hebben, alleen dan is de plek waar het pijn doet goed te lokaliseren. Soms zijn meer bezoeken nodig om de klacht naar tevredenheid op te lossen.
Moeilijk spreken
Na de plaatsing van uw kunstgebit kunt u tijdelijk wat spraakmoeilijkheden ondervinden. Dit is meestal een kwestie van wennen. Wij raden u aan wat te oefenen op woorden en klanken waar u moeite mee heeft.
Moeizaam eten
In het begin kan het eten moeizaam gaan. Daarom doet u er goed aan om in het begin rustig en voorzichtig te eten. Doe verder geen extreme dingen, zoals het wijd openen van uw mond of uw tong ver uitsteken.
Uw smaak verandert
Dit is slechts een kwestie van tijd, na verloop van tijd herstelt uw smaak zich vanzelf.
Meer of minder speeksel
De speekselvorming kan enigszins in de war raken. U kunt een droge of iets te vochtige mond krijgen, maar ook dit gaat vanzelf weer over.